Mette en haar broertje moeten vluchten als op een stormnacht een grote brand het dorp, waar zij bij een tante logeren, in de as legt. Met Maarten op haar rug rent Mette tussen de door de lucht vliegende brandende brokstukken door. Kou, angst en honger volgen. En waar is tante Nannie? Schurken komen mensen afpersen voor een brood. Mette leert ze met een list een les. De lezer moet dit verhaal zelf in een historische context plaatsen. De 16e eeuw? Een dorp in West-Friesland? Er wordt voorkennis en fantasie gevraagd. En wat is een schout? En een miesgasser of woekeraar? Acht paginagrote grijze potloodtekeningen plus een aantal kleine impressies op de schutbladen, geven het verhaal iets extra’s. Een boek met beperkingen, mede door de niet strikte lineaire verteltrant. Deel in de nieuwe serie 'Boekbende': dikkere kinderboeken die de leesontwikkeling van kinderen stap voor stap volgen, AVI-E5. Voor geïnteresseerde lezers vanaf ca. 9 jaar.