Er is de titel, en vervolgens het citaat boven het colofon: "Ik zal je alles vertellen wat ik weet over het Spiegelhuis. De boeken lijken wel een beetje op die van ons, alleen staan de woorden verkeerd om." Met die referenties aan Alice in Spiegelland verwacht je je aan een hoop leuk, al dan niet nonsensicaal (taal)spel of aan min of meer verscholen filosofische breinbrekers. Maar zo is het niet in dit prentenboek van Frank Adam en Tom Schamp. Voldoende contradictorische en absurde wendingen, enig taalspel en spiegeling, enkele doordenkertjes, dat wel, maar geen surreëel-logisch opgebouwd verhaal zoals bij Lewis Carroll. Adams verhaal bevat een boodschap over het begrijpen van boosheid, en dat spoort niet altijd even goed met een Carrolliaanse aanpak.
Sid is een jongen met een grote interesse in film. Op een ochtend krijgt hij een handcamera: "dromen duurt soms langer dan je slaapt" (deze frase gebruikte Adam al eens in het eerste boek Confidenties aan een ezelsoor…
Lire la suite
Er is de titel, en vervolgens het citaat boven het colofon: "Ik zal je alles vertellen wat ik weet over het Spiegelhuis. De boeken lijken wel een beetje op die van ons, alleen staan de woorden verkeerd om." Met die referenties aan Alice in Spiegelland verwacht je je aan een hoop leuk, al dan niet nonsensicaal (taal)spel of aan min of meer verscholen filosofische breinbrekers. Maar zo is het niet in dit prentenboek van Frank Adam en Tom Schamp. Voldoende contradictorische en absurde wendingen, enig taalspel en spiegeling, enkele doordenkertjes, dat wel, maar geen surreëel-logisch opgebouwd verhaal zoals bij Lewis Carroll. Adams verhaal bevat een boodschap over het begrijpen van boosheid, en dat spoort niet altijd even goed met een Carrolliaanse aanpak.
Sid is een jongen met een grote interesse in film. Op een ochtend krijgt hij een handcamera: "dromen duurt soms langer dan je slaapt" (deze frase gebruikte Adam al eens in het eerste boek Confidenties aan een ezelsoor (Davidsfonds, 2005)). Die dag echter lijkt de wereld niet in orde. Iedereen lijkt boos: zijn knuffelbeer, zijn ouders, buurmeisje Lies en uiteindelijk Sid zelf. Zijn ouders hebben de hele nacht rekeningen zitten balanceren en zien Sid nauwelijks staan. Hij trekt er dan maar op uit met zijn camera, weg van al die boosheid. Hij probeert zijn plagende buurmeisje te mijden en stoot op een platgereden slak die toch in zijn film wil. Andere absurde elementen zijn de pratende pet van papa, de vrolijke, plagende wind en de weinig zeggende, 'wijze' uil. Op hun eigen manier leren uil en wind Sid aspecten van boosheid zien die hem doen begrijpen welk een complexe emotie dat kan zijn. Als metafoor wendt Adam het begrip 'doos' aan: eerst het huis van Sid als een "doos vol boos", daarna de idee dat zo'n doos vol zit met kleinere dozen van andere emoties (een doos van bang, van blij en in het allerkleinste doosje de stilte). Tom Schamp tekent zo'n reeks dozen, met daarnaast een Russisch popje, dat door de wind uiteen wordt geblazen. 's Avonds thuis blijken Sids ouders beter gestemd en kan Sid, verzoend met zijn wereld, de slaap vatten. Overkomt hem nog een vreemde droom waarin alle figuren van de afgelopen dag samenkomen in een reusachtige slak.
Door de lens is een soort tranche-de-vieverhaal waarin Sids zoektocht naar het begrijpen van boosheid heel associatief wordt verteld. Elke twee pagina's ? telkens ook een grote prent van Schamp ? bevat een episode, al dan niet met een absurde wending. Boosheid verbindt de episodes, alsook motieven als doos, nullen, cirkels, papa's pet, soep en bloemen. In het begin van het verhaal speelt filmtaal een belangrijke rol. Net zoals in films begrijpt Sid, via zijn camera, de betekenis van bepaalde situaties vanuit kleine details, zoals de lege glazen van zijn ouders, die hij associeert met de nullen op hun papieren (overvloedig getekend door Schamp) en de lege blik in hun ogen. Cirkelvormige structuren komen nog terug in de uitbundige krullen van Lies, maar daar vertolken ze de boosheid van Sid, die niet goed weet wat hij nu moet denken van zijn buurmeisje. Hoewel Sid zijn camera blijft hanteren, wijkt later in het verhaal de filmtaal voor de metafoor "doos van boos".
De lezer moet de associaties in de motieven volgen om dit soms moeilijk doordringbare verhaal te begrijpen. De betekenis is verre van uitgetekend, evenmin in de prenten van Schamp. De illustrator drukt zich voor zijn doen sober uit, zoals hij dat eerder deed in filosofisch getinte Franse prentenboeken als Waarom? en Als (De Leeswelp 2007, p. 132). Associatie is Schamps handelskenmerk en hij kan zich uitleven in grote prenten, met zijn gebruikelijke fantastische kleuren en, zij het minder dan in recent werk, zijn typische details en grapjes. Hij zet bepaalde associaties in de verf, maar voegt evengoed raadsels toe (waarom plet het Russisch poppetje de slak?). De associatieve logica hoef je echter niet volledig te kunnen uitleggen om het verhaal te begrijpen. De metafoor "doos van boos" is makkelijk te vatten en voor de rest moet je je laten meedrijven in de levenservaring van een plusminus achtjarige jongen.
Ik moest bij het lezen ? of liever uitpluizen ? van dit boek vaak denken aan Linus van Mieke Versyp, Sabien Clement en Pieter Gaudesaboos. Dat boek was ook heel associatief opgebouwd en kende tal van absurde wendingen. Alleen gebeurde dat in een duidelijke structuur, waarbij de associaties voortkwamen uit de acties van Linus en de absurditeiten zich in dromen voordeden. Bij Adam loopt alles zo'n beetje door elkaar en geeft zijn tekst de indruk van onaf stapelwerk. Ondanks het interessante perspectief, de rijkdom aan motieven, de intrigerende prenten en de knappe vormgeving, levert dat een onbevredigend literair geheel op. Storend is het frequente gebruik van korte zinnetjes die een maximum aan betekenis moeten suggereren, maar voor een ongelijkmatig stilistisch niveau zorgen. Die zinnetjes sporen wel enigszins met de vele associaties in het verhaal: het zijn vingerwijzingen van Adam, die zich daarmee zelfzeker genoeg voelt om niet meer eenheid in het verhaal aan te brengen.
Zoals steeds maakte Frank Adam een theatervoorstelling van zijn boek. Wat al van eerder werk gesteld werd, mag hier wellicht herhaald worden: deze associatieve vertelling werkt waarschijnlijk beter op de planken dan op de pagina's. [Chris Bulcaen]
Masquer le texte