Angélique

Angélique
Commentaires
Erik Vlaminck : Angélique
Angélique was in een vroeger leven een non die naar Belgisch Congo werd uitgestuurd, maar die na een smadelijk voorval naar haar vaderland moest terugkeren. Drieënzestig is ze intussen en volledig afhankelijk van de welzijnswerkers in het opvanghuis. Met hun zogenaamde professionaliteit en hun stompzinnigheid wekken ze alleen maar Angéliques misprijzen op.
Vlaminck schetst op aangrijpende wijze een wrang-humoristische portret van een prettig gestoorde, knorrige vrouw die haar greep op het leven verloren heeft. Tegen beter weten in schrijft ze elke dag brieven aan overleden mensen (,,Dat kost me nog veel geld ook''), kankert ze op alles en iedereen in haar omgeving en laakt ze elke vorm van modernite…Lire la suite
Dame blanche in maderasaus
Voor de lezer van de gemiddelde Vlaamse literatuur zal het verhaal van 'Angélique' alvast niet ongewoon klinken. Een naïef katholiek meisje wordt non, trekt naar 'de Congo', ontdekt dat missionarissen niet echt heilig zijn en dat kolonisten niet echt het beste voorhebben met 'de negers'. Bij de opstand van 1960 wordt Angélique 17 keer verkracht: '17 is een priemgetal. Priemgetallen zijn niet te delen.' Haar oversten dwingen haar het kind af te staan. Ze krijgt het niet eens te zien. Ze treedt uit, haat wat ze vroeger aanbad, en belandt na een leven vol problemen in een opvangcentrum. Daar ontmoet ze een halfbloed, Nancy, aan de drugs, maar blijkbaar niet aan de pil, want ze is zwanger. Het meisje ziet een moeder in de ondertussen 63 jaar oude ex-non, en misschien is ze ook wel het kind dat Angélique - Elza heet ze nu - heeft moeten afstaan. Helpen doet dat allemaal niet, want Nancy springt onder de trein. Ze vreest dat ze haar kind niet mag houden, een vrees die Elza haar heeft aan…Lire la suite
Een eik in een bloempot
Erik Vlaminck is sinds Quatertemperdagen (1992) al bezig met zijn grootschalige romanfeuilleton over het Vlaanderen van zijn grootouders langs vader- en moederszijde. Voorlopig schuift hij het finale zesde deel nog even voor zich uit. Ondertussen produceert hij haast jaarlijks een speels intermezzo, tussen de bedrijven van het grote werk in. Vorig jaar was dat
Brieven van dikke Freddy, een burleske verzameling epistels van een arme dakloze, die zich tot allerlei officiële instanties richtte met weerspannige aanmerkingen op het sociale beleid. En nu is dat Angélique, een novelle over een oude non die in een alleenspraak herinneringen ophaalt aan haar Congolese tijd.
Vlaminck is, zoals Claes, een auteur die aan mentaliteitsgeschiedenis doet. In zijn breed opgezette familieroman spit hij het Vlaamse volksleven van de voorbije eeuw uit. In zijn miniaturen zet hij marginalen, zoals dikke Freddy, of excentriekelingen, zoals deze zuster Angélique, in een ruimer tijdskader.
Lire la suite
Inspiratie voor het …Lire la suite
De bitterheid van een uitgetreden non
«Mijn ouders hadden een studiootje aan hun huis gebouwd, voor als mijn grootmoeder hulpbehoevend werd», vertelt Erik Vlaminck. «Toen ik een jaar of negen was woonde er een vreemde vrouw. Mijn moeder stuurde me soms met soep naar Maria, en dan zat ze vaak te wenen. Dat maakte indruk op mij als kleine jongen. Later hoorde ik dat Maria een uitgetreden non was.» Uit die kleine herinnering onspint zich het verhaal van zuster Angélique, die aan de rand van de maatschappij belandt als ze terugkomt uit Congo, verkracht en zwanger. «In archieven stuit ik vaak op Congo-histories. Nonnen die verkracht waren tijdens de onafhankelijkheidsstrijd zijn toen zwanger teruggekeerd. Zij moesten van hun oversten bevallen en hun kind afstaan», zegt Vlaminck.
Het verhaal van Angélique is tragisch, maar dat neemt niet weg dat er ook gelachen mag worden. Met de rake cynische opmerkingen van de verbitterde Angélique is een glimlach nooit ver weg. Even groeit de hoop dat er een band ontstaat tussen haa…Lire la suite