Connie Palmen gooide met haar debuutroman De wetten (1991) hoge ogen. Het boek werd door zowel lezers als critici enthousiast onthaald. Ruim 175.000 exemplaren rolden inmiddels over de toonbank. Het werd uitgeroepen tot European Novel of the Year en verscheen in vertaling in Amerika, Engeland, Duitsland, Frankrijk, Denemarken, Zweden, Italië, Spanje en Israël. Het is niet niks voor een eersteling. Hooggespannen verwachtingen dus bij de nieuwe roman van Palmen. Die heet De vriendschap en is verschenen bij Prometheus.
De wetten van de vriendschap
Je zou het bij zo'n titel misschien niet meteen verwachten, maar de roman bevat in de eerste plaats de minutieuze en overigens ferm uitgespitte beschrijving van een wel zeer bijzondere vriendschap: die tussen de kleine, taalbehendige Catherina Buts (Kit) en de zware, woordblinde Barbara Callenbach (Ara). Beide meisjes, respectievelijk vrouwen verhouden zich tot elkaar als hun initialen; in hun verwantschap zijn ze el…
Lire la suite
Connie Palmen gooide met haar debuutroman De wetten (1991) hoge ogen. Het boek werd door zowel lezers als critici enthousiast onthaald. Ruim 175.000 exemplaren rolden inmiddels over de toonbank. Het werd uitgeroepen tot European Novel of the Year en verscheen in vertaling in Amerika, Engeland, Duitsland, Frankrijk, Denemarken, Zweden, Italië, Spanje en Israël. Het is niet niks voor een eersteling. Hooggespannen verwachtingen dus bij de nieuwe roman van Palmen. Die heet De vriendschap en is verschenen bij Prometheus.
De wetten van de vriendschap
Je zou het bij zo'n titel misschien niet meteen verwachten, maar de roman bevat in de eerste plaats de minutieuze en overigens ferm uitgespitte beschrijving van een wel zeer bijzondere vriendschap: die tussen de kleine, taalbehendige Catherina Buts (Kit) en de zware, woordblinde Barbara Callenbach (Ara). Beide meisjes, respectievelijk vrouwen verhouden zich tot elkaar als hun initialen; in hun verwantschap zijn ze elkaars tegengestelden. De roman is opgedeeld in drie tijdscompartimenten; de gebeurtenissen worden in de ik-vorm beschreven vanuit het standpunt van Kit. In het eerste deel, 'Dingen en woorden', gaat het over hoe de twee meisjes elkaar leren kennen en hoe zij als prille tieners in hun wereld staan, die vooral beheerst wordt door de ouders en de school. Vanwege het vertelstandpunt wordt de lezer in dit en de twee andere delen vooral betrokken bij de leef- en denkwereld van Kit. In het tweede deel, 'Eten en drinken', is zij een twen en studeert ze aan de Pedagogische Academie. Er wordt o.m. teruggeblikt op "de dag waarop ik in een vrouw veranderde" en nagedacht over de liefde. Met dat laatste wil het bij Kit niet zo goed lukken. Haar verhoudingen zijn, zegt ze zelf, "te veel doordrenkt van onbegrip, misverstanden en onvermogen". Of zoals Ara het ziet: "Ik denk wel dat je het als vrouw prettig vindt om begeerd te worden [...] maar jij wil meer begeerd worden om je geest dan om je lichaam, en bij de meeste vrouwen is dat niet zo". In het derde deel, 'Werk en liefde', is Kit een dertiger, en vat ze haar leven van de afgelopen tien jaar als volgt samen: "veel werk, weinig liefde en het langzamerhand steeds vertrouwder wordende gezelschap van mijn liefste vijand". Het werk heeft van doen met haar job aan de universiteit -- zij heeft ondertussen psychologie en filosofie gestudeerd -- en met het academische proefschrift waaraan ze werkt; de liefde met een aantal mislukte relaties; de liefste vijand is de sterke drank die haar moet helpen tegen "te veel helderheid van geest".
Deze korte inhoudsparafrase -- hoe gecomprimeerd ook -- doet vermoeden dat deze roman veel meer is dan de loutere beschrijving van de verhouding en de vriendschap tussen twee meisjes/vrouwen. En dat is hij ook. Het boek eindigt met een lange brief van Kit aan Ara. Daarin worden een aantal ideeën, stellingen, filosofische vragen en mogelijke antwoorden geëxpliciteerd die achter de verhaaloppervlakte schuilgaan. Dergelijke meer beschouwende passages komen -- zij het sporadischer -- ook elders in het verhaal voor. Feiten en gebeurtenissen, het doen en laten van de personages spreken meestal wel voor zich. Zo wordt bv. via de beschrijving van de moeder en het gezinsleven indirect heel wat verteld over Kit en de manier waarop ze tegen het leven aankijkt. De vragen die ze zich stelt, hebben een universeel karakter, brengen een kluwen van onderwerpen aan de orde, die cirkelen "rondom het meest afgelikte vraagstuk aller tijden: de verbintenis tussen lichaam en geest". Via Kit en deels ook via Ara of anderen (als een soort tegenstem) formuleert de schrijfster boeiende bedenkingen in verband met het verlangen om je aan iets of iemand te hechten, over (de oorzaak en de betekenis) van verslaving, obsessie en emoties, over lot en keuze, gevoel en verstand, waarheid en leugen, afhankelijkheid, angst, schuld en schaamte. Ook ons bepaald zijn en worden door "woorden, ideeën en verhalen", en het schrijven zelf komen ter sprake. "Schrijven is een ander lichaam geven aan je geest. Het lichaam waarmee ik het moet doen, dat van vlees en bloed, dat stel ik blijkbaar niet graag bloot aan het oog van anderen en daarom maak ik mij een lichaam van woorden, op papier". In 'Trouw' (03.12.95) zei Connie Palmen in verband met de motivering en het doel van haar schrijven: "Ik leef nu, in deze eeuw. Ik probeer te ontdekken aan welke condities ik ben onderworpen, als een mens die leeft in de twintigste eeuw, en die met die en die ouders is opgegroeid. Wat voor een aandeel heeft de geschiedenis in het feit dat ik ben zoals ik ben? Dan begin ik maar met mezelf. Waarom ben ik iemand die dit denkt, deze voorkeuren heeft, er deze moraal op na houdt?" Al deze elementen zijn moeiteloos herkenbaar in De vriendschap, dat overigens veel meer samenhang vertoont met De wetten dan op het eerste gezicht lijkt. Maar ik vind dit nieuwe boek wel het mindere van de twee. Palmen weet weliswaar een heldere en diepgaande manier van schrijven met elkaar te combineren, maar het verrassende is er een beetje vanaf. Bovendien dreigt het ideeëngoed achter het verhaalde te verzanden en zelfs te verdrinken in een m.i. soms te breed uitgesmeerde anekdotiek. [Luc Lannoy]
Masquer le texte