In zijn nieuwe dichtbundel grossiert Frank Adam in eerder werk, aangevuld met nieuwe gedichten en versjes. Opnieuw beschouwt de dichter de alledaagse werkelijkheid vanuit een verrassende invalshoek, wat vernieuwende, humoristische poëzie oplevert. In elf thematische opgebouwde cycli wijdt de auteur gedichten aan herkenbare, vaak alledaagse onderwerpen, zoals familie, dood, verdriet en fantasie.
Opener ‘Smakelijk lezen’ beklijft als een ode aan de lezer, waarbij het lezen zelf een metafoor blijkt, een zintuiglijk genot: leesplezier en leeshonger verhouden zich recht evenredig. Mede omwille van de eenvoud in taal en stijl, getuigen Adams gedichten in eerste instantie van een bedrieglijke eenvoud, al blijkt dat slechts schijn: de nauwgezette observaties van herkenbare situaties tillen de poëzie op een hoger niveau. Neologismen en humoristische knipoogjes worden daarbij goed gedoseerd, zodat het verrassingseffect steeds weer overtuigt. In ‘Jicht’ beschrijft een kind hoe opa steeds w…
Read more
In zijn nieuwe dichtbundel grossiert Frank Adam in eerder werk, aangevuld met nieuwe gedichten en versjes. Opnieuw beschouwt de dichter de alledaagse werkelijkheid vanuit een verrassende invalshoek, wat vernieuwende, humoristische poëzie oplevert. In elf thematische opgebouwde cycli wijdt de auteur gedichten aan herkenbare, vaak alledaagse onderwerpen, zoals familie, dood, verdriet en fantasie.
Opener ‘Smakelijk lezen’ beklijft als een ode aan de lezer, waarbij het lezen zelf een metafoor blijkt, een zintuiglijk genot: leesplezier en leeshonger verhouden zich recht evenredig. Mede omwille van de eenvoud in taal en stijl, getuigen Adams gedichten in eerste instantie van een bedrieglijke eenvoud, al blijkt dat slechts schijn: de nauwgezette observaties van herkenbare situaties tillen de poëzie op een hoger niveau. Neologismen en humoristische knipoogjes worden daarbij goed gedoseerd, zodat het verrassingseffect steeds weer overtuigt. In ‘Jicht’ beschrijft een kind hoe opa steeds weer klaagt over z’n jicht, wat tot een verrassende, en toch herkenbare conclusie leidt: ‘Opa heeft jicht. / Er staat pijn / op zijn gezicht./ […] Als hij staat / gaat het steken. / Als hij praat / is het vergeten.’
De gehele werkelijkheid kan als onderwerp dienen; Adam wijdt gedichten aan de kringloop der seizoenen en feestdagen, maar dicht net zo goed over een ‘lekke, slappe band’ als over nieuwe communicatiemedia en de computer. De eigen interpretaties werken als een geslaagde eyeopener en bieden een originele kijk op alledaagse voorvallen. Heerlijk humoristisch zijn bijvoorbeeld het alternatieve versje voor Driekoningen, het paasraadsel of de alternatieve moederdagbrief. Serieuzere onderwerpen als verdriet en dood krijgen een geleidelijke opbouw: van het overlijden van een huisdier over ‘Snoezepoes’ die doodt voor haar plezier, tot het overlijden van een grootouder. Zoals in eerdere bundels toont Adam zich een meester in het kritisch bevragen van de realiteit, wat tot licht filosofische beschouwingen leidt. Dat taboes daarbij herhaaldelijk sneuvelen, blijkt al uit een titel als ‘Tien dingen naar keus die je kunt doen met dingen uit je neus.’ In ‘Zwemles’ worden bezorgde ouders gerustgesteld: ‘Niet knijpen in je hand. / Niet tellen, niet roepen. / Mij niet zo hard staan zoeken. / Alleen heel hard in mij geloven. / Dan kom ik altijd boven.’ Binnenrijm, alliteraties en assonanties brengen Adams poëzie tot leven en verlenen de gedichten een zekere muzikaliteit, waardoor ze zich uitstekend lenen om te worden voorgedragen, en zelfs te worden gezongen. Ook de typografie overtuigt; in de gedichten over de waterval, tuimelen de woorden letterlijk naar beneden.
Milja Praagmans illustraties weten perfect de speelse toon van Adams gedichten te vatten. Nu eens focust de illustratrice exclusief op figuren, die omgeven worden door veel witruimte, dan weer gaat Praagman zich te buiten in een expansie van kleur. Details uit de gedichten worden betekenisvol uitgelicht, of op humoristische wijze verbonden, waardoor originele prenten ontstaan die weer nieuwe invalshoeken ter interpretatie bieden. Een rijke en gelaagde poëziebundel dus, die een ruim lezerspubliek verdient.
[Jürgen Peeters]
Hide text